Enkele gedichten uit de Tang (Vertaling)


Strontvliegen zwermen rond het doffe paard.
Er stroomt bloed van af. Het kan niet verder gaan.
Achter ons stijgt de nachtkleur op boven de weg.
Voor ons, bergop, hoor je de tijger brullen.
Het hart van de reiziger is nu een vlag
Honderd mijl hoog in de wind.

*

Een draad in de hand van een moeder
is de jas op de rug van de dolende.
Voor hij vertrok naaide ze het dicht
uit angst dat hij langzaam pas terug zou keren.
Wie zou durven zeggen dat de centimeter gras in zijn hart
voldoende dankbaar is voor elke lentezon.

*

Nooit bezoek ik de vlaktes aan de voeten van de heuvels.
Enkel op de heuvelkam slapen mijn velden.
De bijl op mijn heup kapt de pijnbomen uit het bos.
De kalebas in mijn hand slurpt water uit de bron.
Wat kan de macht van geschreven woorden mij schelen
Niemand hoort het jongleren van zon & maan te vrezen.
Eens mijn lichaam een verwrongen boom zal zijn,
begin ik mijn natuurlijk span uit te leven

Reacties